Interview Marc van der Valk, nieuwe voorzitter van de NVHB

Foto150X115_MvdValk.jpgMarc van der Valk is internist-infectioloog in het AMC en is sinds januari 2014 Suzanne Geerlings opgevolgd als voorzitter van de Nederlandse Vereniging van HIV-Behandelaren (NVHB). Op zijn werkplek in het AMC interviewden we Marc over zijn werk als internist-infectioloog, zijn nieuwe aanstelling als voorzitter, en zijn visie op de toekomst van de NVHB en de behandeling van HIV in Nederland.

Kun je wat vertellen over je achtergrond en je werk als internist-infectioloog in het AMC?

Mijn achtergrond met HIV begint in 1998, toen ik betrokken raakte bij de HIV-zorg door mijn promotieonderzoek bij onder andere Peter Reiss en Joep Lange in samenwerking met de afdeling endocrinologie. Hier deed ik onderzoek naar de bijwerkingen van medicatie voor HIV, de antiretrovirale therapie, en dan met name naar het lipodystrofie syndroom. Vier jaar heb ik daar met plezier onderzoek naar gedaan en daarna heb ik mijn opleiding in het AMC vervolgd. Sinds vijf jaar werk ik als internist-infectioloog bij de vakgroep infectieziekten en daarnaast behandel ik een dag per week patiënten met een hepatitis C of B mono-infectie op de afdeling hepatologie.

Kun je kort uitleggen wat de NVHB precies doet?

De Nederlandse Vereniging van HIV Behandelaren is de beroepsbelangenorganisatie van HIV-behandelaren in Nederland. Het is een relatief kleine, maar heel actieve vereniging die zich eigenlijk in de breedste zin van het woord inzet voor de belangen en kwaliteit van HIV behandeling in Nederland. Dat doen we bijvoorbeeld door nascholing aan te bieden aan HIV behandelaren en door symposia te organiseren waar leden onderling kunnen discussiëren over relevante onderwerpen. Daarnaast houden we ook de politiek in de gaten, omdat er actueel een aantal issues spelen die zeer belangrijk zijn.

Wanneer ben je begonnen bij de NVHB en hoe ben je bij de NVHB terecht gekomen? Ik ben in januari voorzitter geworden, maar ik zat al een half jaar in het bestuur . Mijn motivatie om deze functie te gaan bekleden komt voort uit mijn interesse voor HIV. Ik ben een van de jongere HIV behandelaren in Nederland, maar wel al sinds 1998 bezig met HIV-onderzoek en –behandeling. Ik vond dat het eigenlijk wel tijd werd om mij meer actief in te zetten voor HIV en daarom ben ik bij het bestuur van de NVHB gegaan.

Wat is je visie op de NVHB en wat hoop je in je periode als voorzitter van de NVHB te bereiken?

Als NVHB hebben we al heel veel bereikt tot nu toe. Als ik terugkijk op de afgelopen jaren, onder het voorzitterschap van Suzanne, zijn we de laatste jaren steeds meer geprofessionaliseerd als beroepsvereniging . We hebben bijvoorbeeld een heel kwaliteitsproces opgezet om de HIV-centra te gaan certificeren volgens HKZ-criteria. Dit is nu in de laatste fase en iets wat we de komende tijd zullen gaan uitrollen. Daarnaast merk je dat de maatschappij veranderd en dat er in de politiek steeds meer dingen spelen waarop het belangrijk is dat wij als NVHB een stem hebben en ons goed laten horen, uiteraard in samenwerking met alle andere betrokken partijen bij de behandeling van HIV . Ik denk dat we dit momenteel heel goed doen en dat Suzanne daar een hele goede basis en heel goed netwerk voor heeft neergezet. Dit moeten we nu in de komende jaren zien te consolideren.

De kwaliteit van zorg is heel belangrijk, maar daarnaast is het wetenschappelijke deel ook van belang. Het gaat daarbij om het uitbouwen van het nascholingsactiviteiten, en meer te doen aan hot issues die spelen en daarover te discussiëren. Zo hebben we onlangs een heel succesvol symposium georganiseerd over vroegbehandeling; met als belangrijkste vraag wanneer moet je nou starten met behandelen? Dat was een succesvolle bijeenkomst en het lijkt me leuk om een paar keer per jaar dat soort bijeenkomsten te organiseren, onder andere ook in samenwerking met de Stichting HIV Monitoring en andere partijen.

Wat zie je als de belangrijkste ontwikkelingen van HIV-behandeling en -richtlijnen in de komende jaren?

Dat is een brede vraag, omdat er heel veel verschillende dingen zijn die momenteel spelen. Als we kijken naar de behandeling van HIV is de vraag wanneer te starten met antiretrovirale therapie erg actueel. De richtlijnen zeggen dat je iedereen moet behandelen, ongeacht hun CD4-aantallen maar de data hierover zijn met namen voor patiënten met hoge CD4 aantallen beperkt. Dit zal dan ook een hot issue blijven waar we, totdat er meer data beschikbaar is, voorlopig over moeten blijven discussiëren. Een andere belangrijk thema is hoe om te gaan met de HIV epidemie. Het gaat er dan met name om hoe we de mensen in beeld kunnen krijgen die nog niet weten dat ze HIV positief zijn. Naar schatting zijn dat 7.000 mensen in Nederland. Wil je de epidemie echt tot stilstand brengen, zal je die 7.000 personen moeten opsporen en dat is een enorme uitdaging. Dit is iets waar we de komende jaren in samenwerking met de GGD flink aan zullen moeten trekken. Naast HIV is virale hepatitis (met name hepatitis C) infectie nu actueel, omdat er de komende jaren heel veel nieuwe middelen voor behandeling beschikbaar komen, waarmee we naar verwachting veel meer mensen kunnen genezen dan nu. Hierbij zijn allerlei uitdagingen als je kijkt naar de interacties tussen de hepatitis medicatie en de HIV-medicatie.

Maar waar het in mijn ogen de komende jaren allemaal om zal draaien is dat we ervoor moeten zorgen dat patiënten, die gelukkig steeds ouder worden, ook gezond oud kunnen worden. We zien dat die ouder wordende groep mensen steeds vaker ouderdomsziektes lijkt te krijgen, meer nog dan mensen zonder HIV. Dat is iets wat de komende jaren steeds belangrijker gaat worden bij de behandeling bij HIV.

 

« Terug naar de nieuwsbrief

 
 
 

Stichting HIV Monitoring

Stichting HIV Monitoring (SHM) levert een belangrijke en noodzakelijke bijdrage aan de zorg voor mensen met hiv in Nederland. Door middel van het verzamelen en bewerken van gecodeerde data van hiv-positieve personen uit het hele land draagt ons monitor-onderzoek structureel bij aan de kennis over hiv en stelt het behandelend artsen in staat om de zorg voor hun patiënten continu te verbeteren. Ons jaarlijkse Monitoring Report geeft waardevolle input voor het ontwikkelen van hiv-zorg en preventiebeleid in Nederland en binnen de Europese Unie.

© Stichting HIV Monitoring